Verpleegkundigen berispt en voorwaardelijk geschorst na dood cliënt

Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Den Haag heeft een verpleegkundige berispt en haar leidinggevende voorwaardelijk geschorst vanwege de dood van een cliënt. De ernstig verstandelijk gehandicapte bewoonster van gehandicapteninstelling 's Heerenloo in Monster overleed op 12 juli 2009 nadat de verpleegkundige met een doucheslang de ontlasting probeerde op te wekken.

De leidinggevende ondernam onvoldoende actie na haar alarmtelefoontje over bloedingen bij de cliënte. Het Openbaar Ministerie eiste vorig jaar tegen de verpleegkundige een jaar gevangenisstraf. In hoger beroep kreeg ze een taakstraf. Ook het tuchtcollege is van mening dat een zware maatregel niet zinvol is, omdat:

• De verpleegkundige psychiatrische behandelingen heeft gehad, haar werkhouding heeft aangepast en haar huidige werkgever van het gebeuren op de hoogte is en de vinger aan de pols houdt.
• De verpleegkundige strafrechtelijk is vervolgd, haar werk kwijt geraakt, met grote financiële gevolgen.
• De verpleegkundige had een speciale band met cliënte en wilde haar niet verwonden. De wetenschap dat de vrouw door háár handelen is overleden, is voor haar een psychische last.
• Er was een hoge, mogelijk te hoge, werkdruk in de organisatie waar ze werkte. Er was onvoldoende gekwalificeerd personeel in verhouding tot het aantal cliënten en de ernst van hun beperkingen.

Over de leidinggevende oordeelt het tuchtcollege minder mild. Hij is in ernstige mate tekort geschoten in zijn functie van verpleegkundig weekendhoofd en leidinggevende toen zijn hulp werd ingeroepen, omdat hij:

• bevooroordeeld reageerde op het (paniek)telefoontje van de verpleegkundige, en zijn mening niet bijstelde toen hij de cliënte zag.
• onderzoek (bij verpleegkundige en cliënte) achterwege liet, en geen maatregelen nam om hem op de hoogte te houden.
• de weekendarts te laat belde en niet goed informeerde. De cliënte liet hij een half uur zonder verpleegkundige zorg achter.

De verpleegkundige leidinggevende heeft volgens het College bijzijn handelingen en tijdens de zittingen niet laten merken dat hij professioneel is en zelfinzicht heeft. Met een schorsing van de inschrijving in het register voor zes maanden wil het tuchtcollege 'aangeven dat het zo niet kan'. Om de verpleegkundige nog een kans te geven, wordt de schorsing voorwaardelijk opgelegd met een proeftijd van twee jaar.

Lees de uitspraak van het Tuchtcollege over de verpleegkundige

Lees de uitspraak van het Tuchtcollege over de leidinggevende