Staatssecretaris overleeft motie van afkeuring over pgb

Staatssecretaris Marlies Veldhuijzen van Zanten-Hyllner heeft woensdagmorgen een motie overleefd waarin verschillende Tweede Kamerpartijen hun afkeuring uitspraken over de drastische bezuinigingen op het persoonsgebonden budget.

Om de gevolgen van het wegvallen van de pgb-vergoeding voor veel budgethouders te compenseren, heeft Veldhuijzen een vergoedingsregeling bedacht. Daarin zit een 10-urengrens (wie minder dan 10 uur zorg per week nodig heeft komt niet in aanmerking) die veel Kamerleden in het verkeerde keelgat is geschoten.

Tijdens het debat probeerden Kamerleden Veldhuijzen tot uitstel of verzachting van de aangekondigde pgb-bezuiniging te bewegen. Zo werd gevraagd of zorgboerderijen, die nu grotendeels uit persoonsgebonden budgets worden betaald, in aanmerking zouden kunnen komen als contractant voor zorgkantoren, zodat ze de zorg in natura kunnen gaan leveren. Maar de staatssecretaris, die zorgboerderijen een prachtige vorm van innovatie noemde, zei dat ze niet bepaalde zorgleveranciers in een aparte categorie kan onderbrengen. Uitstel tot na 2012 van de bezuiniging op het pgb, zodat de maatregel zorgvuldiger kan worden voorbereid, was volgens Veldhuijzen geen optie. De overschrijdingen zouden in 2013, 2014 en 2015 zo enorm oplopen, dat uitstel onmogelijk is.

Vergoedingsregeling
De vergoedingsregeling is bedoeld om mensen die straks geen pgb meer krijgen, en die geen alternatief in natura kunnen organiseren voor de zorg die ze nu met hun pgb betalen, te helpen die zorg toch te krijgen. Ook zorg in natura moet worden betaald, en omdat mensen daar recht op hebben, zal het zorgkantoor de vergoeding kunnen betalen uit uitgespaard geld voor zorg in natura. Omdat awbz en vergoedingsregeling communicerende vaten zij, wilde de staatssecretaris wel garanderen dat er geen wachtlijsten voor de vergoedingsregeling zullen ontstaan.

Onbetaalbaar
De eigenlijke bedoeling van het kabinet is om het aantal pgb-zorgvragers omlaag te brengen, zodat de regeling financieel houdbaar blijft voor mensen die zware zorg nodig hebben. Uitgangspunt is dat mantelzorgers in eerste instantie onbetaald voor een familielid zorgen, en niet tegen betaling, zoals nu wel mogelijk is via het persoonsgebonden budget. Het is volgens de regering onbetaalbaar om ook mensen met een lichtere zorgvraag (minder dan 10 uur per week) de vergoeding te geven. Vandaar de 10-urengrens. Diverse Kamerleden voerden de druk om die grens op te heffen flink op, met als laatste dreigement de motie van afkeuring, maar Veldhuijzen bleef eraan vasthouden, en overleefde de motie.