Kenniscentrum verstandelijk gehandicaptenzorg
Menu

Raad volksgezondheid en zorg: hef Awbz op

1 februari 2008 Door de redactie Geen reacties
De Raad voor de volksgezondheid en zorg adviseert de zorg uit de Algemene wet bijzondere ziektekosten in vier jaar tijd over te hevelen naar de gewone zorgverzekering en de gemeentelijke Wmo, en de Awbz vervolgens op te heffen. Volgens de Raad voor de volksgezondheid en zorg maakt opheffing van de Awbz en herverdeling ervan over de Zorgverzekeringswet en de Wet maatschappelijke ondersteuning de zorg betaalbaar, en de kwaliteit van langdurige zorg houdbaar. De Raad schrijft dat in zijn advies Beter zonder Awbz?

De kosten van de Awbz zijn de laatste jaren enorm uitgedijd, en zullen nog veel harder groeien. Enkele oplossingen die staatssecretaris Bussemaker van Vws heeft bedacht:

  • handhaving van de Awbz  maar met een betere organisatie
  • onderbrenging van alle zorg uit de Awbz in de Zorgverzekeringswet en de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).

In dat laatste geval zijn de gevolgen voor chronische patiënten van groot belang. Wat zijn de voordelen, waar liggen de risico’s voor deze patiënten en hoe kunnen die risico’s worden ondervangen? Deze vragen heeft de Raad beantwoord vanuit het perspectief van vier aandoeningen. Het gaat om

  • Down syndroom
  • beroerte
  • dementie
  • schizofrenie.

Volgens de Raad moet bij de opheffing van de Awbz geen uitzondering worden gemaakt voor patiënten met een indicatie voor zwaar verblijf. Ook zij moeten onder de zorgverzekering vallen. Verzekeraars hebben er belang bij dat ook voor deze patiënten naar alternatieven in de samenleving wordt gezocht. Voor de groep patiënten bij wie dit niet mogelijk is, moeten speciale maatregelen worden getroffen. Maar dat mag een grondige herziening van het zorgstelsel niet in de weg staan, aldus de Raad voor volksgezondheid en zorg. Het rapport is te downloaden op www.rvz.net

Nachtmerriescenario
Staatssecretaris Bussemaker zal tegen de zomer reageren op het Rvz-advies, dat zij zelf had aangevraagd. Ze heeft ook een rapport gevraagd aan de Sociaal economische raad. Die komt, naar verluidt, met een soortgelijk advies.

Inmiddels regent het reacties op het Rvz-advies over de opheffing van de Awbz:

  • CDA en VVD zien er niets in.  CDA-Tweede Kamerlid Jan de Vries zegt dat er absoluut maatregelen moeten komen om de kosten van de Awbz beter in de hand te houden. “Maar kwetsbare groepen, die langdurige en intensieve zorg nodig hebben, mogen niet het slachtoffer worden van het vrije spel van de markt.” VVD-Kamerlid Anouchka van Miltenburg noemt het “onacceptabel dat gehandicapten de prijs van de vergrijzing zouden moeten betalen.” De PvdA wilde niet reageren vóór her Ser-rapport is verschenen.
  • De Vereniging gehandicaptenzorg Nederland vindt het advies van de Rvz slecht voor de gehandicaptenzorg, en is verbaasd over de aanbeveling de Awbz op te heffen. De bezwaren voor de gehandicaptenzorg staan in het advies van de RVZ zelf al genoemd (“een nachtmerriescenario”). Continuïteit en rechtszekerheid zijn voor deze kwetsbare groep met continue zorgbehoefte van belang. Zowel zorgverzekeraars als gemeenten zullen geneigd zijn dure zorgvragers zoveel mogelijk te beperken. Er zal voornamelijk op de prijs worden gestuurd en er minder naar kwaliteit worden gekeken. Bovendien is de rechtszekerheid onvoldoende geborgd in Zvw en Wmo.
  • De stichting Down syndroom laat weten dat integratie en een goede kwaliteit van leven voor mensen met Down syndroom niet mogelijk zijn zonder Awbz. De continuïteit van zorg en begeleiding en de (rechts)zekerheid die mensen met Down syndroom hun hele leven nodig hebben, wordten uiterst onzeker. Sterker nog: afschaffing van de Awbz en overheveling van zorg brengen voor de hele groep mensen met een verstandelijke beperking grote en onaanvaardbare risico’s met zich mee.
  • De Nederlandse patiënten/consumentenfederatie Npcf vindt het advies van de Raad voor de volksgezondheid & zorg een belangrijke bijdrage aan de discussie over de toekomst van de Awbz. “Sympathiek aan het voorstel is dat het een vereenvoudiging van de financiering van zorg zou betekenen. Langdurige zorg wordt niet langer betaald uit drie verschillende financieringsbronnen. Nu weten zowel patiënten als uitvoerders vaak niet uit welke wet zorg vergoed moeten worden. Burgers worden vaak tussen uitvoerders heen en weer geschoven omdat die allebei proberen hun uitgaven zoveel mogelijk te beperken." De Npcf  stelt wel als voorwaarde dat de zorgverzekeraars in staat zijn om de kosten te beheersen.
  • De Chronisch zieken en gehandicaptenraad (Cg-raad) vindt dat afschaffing van de Awbz grote risico's met zich meebrengt voor chronisch zieken en gehandicapten. Het Rvz-rapport getuigt volgens de Cg-raad van onvoldoende kennis en begrip van de langdurige zorg. Nooit is aangetoond dat commerciële verzekeraars langdurige zorg beter en betaalbaarder kunnen leveren. Sterker nog, de kans is groot dat er een concurrentieslag ontstaat op prijs in plaats van kwaliteit. Met de meest kwetsbare groepen in de samenleving als slachtoffer. Dat is ook gebeurd in de thuiszorg, het gehandicaptenvervoer en leerlingenvervoer. De Cg-raad vindt daarom de keuze voor verzekeraars verbijsterend.
  • Mee Nederland, de landelijke cliëntenondersteuner voor mensen met een handicap, betoogt dat de Awbz ooit is ingevoerd voor de zorg aan verstandelijk gehandicapten. In de loop van de tijd zijn doelgroepen toegevoegd, waardoor de uitgaven steeds verder groeiden. De financiële onbeheersbaarheid dreigt er nu toe te leiden dat het kind met het badwater wordt weggegooid. De Raad voor de volksgezondheid constateert zelf al dat de zorg voor verstandelijk gehandicapten er in ieder geval niet op vooruit zal gaan, aldus Mee in zijn commentaar

Wil je reageren op dit artikel? Log dan in als abonnee!