In de islamitische literatuur overheerst een positieve houding jegens mensen met een handicap. In oude theologische en juridische literatuur komen gehandicapten positief naar voren, maar in de hedendaagse praktijk mankeert het daar nog wel eens aan. Ghaly, die onlangs in Leiden promoveerde op zijn onderzoek, zocht naar informatie over mensen met een handicap en hun plaats in de islam. Hij ontdekte dat moslimtheologen verschillende verklaringen hadden voor het bestaan van handicaps. ‘De moslimgeleerden wilden allemaal verklaren dat een handicap het perfecte goddelijke karakter van God niet aantast. Elke groep theologen heeft een eigen verklaring gekozen,’ zegt Ghaly. De promovendus bestudeerde ook de islamitische jurisprudentie, om te bepalen hoe in de praktijk tegen mensen met een handicap werd aangekeken. Ghaly stelt dat in de islam over het algemeen een positieve houding was ten opzichte van mensen met een handicap.
De positieve houding in de literatuur vindt Ghaly niet terug in de Nederlandse
praktijk. ‘Sommige moslims sturen hun gehandicapte kinderen niet naar een
revalidatiecentrum, ze maken geen gebruik van de bestaande faciliteiten. Ze zeggen
dat in de gehandicaptenzorg geen rekening wordt gehouden met de religieuze
achtergrond van moslims.
Er is wel steeds meer aandacht voor de religieuze dimensie van mensen met
een handicap, maar het is nog niet goed genoeg. Zonder verdieping in de
geloofsachtergrond van mensen met een handicap is het voor hulpverleners en
patiënten lastig om elkaar te begrijpen.
Islam and Disability. Perspectives in Islamic Theology
and Jurisprudence. Proefschrift van Mohammed Ghaly. Faculteit
Godsdienstwetenschappen, rijksuniversiteit Leiden.