Kenniscentrum verstandelijk gehandicaptenzorg
Menu

Etiketteren met talenten in plaats van problemen

14 mei 2013 Margreet Pereboom, Geen reacties

Met terugwerkende kracht zit ik te kijken naar Zembla/Etiketkinderen. En met terugwerkende kracht wil ik deze uitzending toch nog eens onder de aandacht brengen. Want ben je als kind ongeconcentreerd, druk, bewegelijk, onhandig of gewoon wat slechter in rekenen en taal? Dan is de kans groot dat je een etiket krijgt. Zo is er bijvoorbeeld adhd, autisme, add, dcd enzovoorts.

Er is in Nederland bijna geen schoolklas meer te vinden zonder een kind met een etiket. - door Margreet Pereboom "Ze moet later maar met een rijke man trouwen," verzuchtte mijn vader destijds – nu zo'n 30 jaar geleden - tegen de juffrouw van de lagere school.
Die "ze" dat was ik. Het gesprek ging over mij. Ik was onhandig, praatte teveel en kon met de beste wil van de wereld niet rekenen. Nog steeds niet trouwens. Geef mij iets met cijfers en het enige wat er van de bestaande dialoog over blijft is een hoop gestamel. Wat klinkt als "huh uh". Balbeheersing had ik vroeger niet, laat staan dat ik nu kan rennen met een bal aan mijn voeten. Kortom, als ik in deze tijd kind was geweest dan had ik minstens één diagnose op mijn naam staan. Hoe komt dit? En waar komt de drang vandaan om kinderen in hokjes te plaatsen?

Plek voor doeners
Want wat willen we nu met de diagnoses, wat ligt eronder dat topje van de ijsberg, het uiterlijk waarneembare gedrag? Bevestiging dat het niet aan ons ligt? Bevestiging dat het kind er niets aan kan doen? Bevestiging dat het iets mankeert? En zo is het soms ook, maar aan de andere kant moeten we ook kijken naar ons eigen aanbod in het onderwijs, jeugdzorg, verstandelijk gehandicaptenzorg. Want bieden wij wel zinvolle dingen aan voor deze kinderen? Sluiten we wel aan bij de ontwikkeling en bij de interesses die zij hebben? Geven we de doeners een plek en als ze dingen doen, zijn dat dan wel de juiste dingen? Is er nog wel ruimte om te spelen?

Er worden zoveel eisen gesteld aan kinderen en niet alleen op de scholen. Ze moeten mee in de huidige norm, terwijl het juist zo leuk en inspirerend is als ze een beetje uit de pas lopen. Het gaat er toch om wat het beste is voor dit kind, voor dit mens. Waar liggen zijn of haar behoeftes en wat kunnen ze aan?

Eigen tempo
Iedereen heeft zijn eigen tempo. "Bumps en jumps", zo noemt Paul Helders (emeritus hoogleraar kinderfysiotherapie) dit gegeven. Waarmee hij aangeeft dat een ieder zich in een eigen tempo ontwikkelt. Soms staat het even stil en dan ineens is er weer ontwikkeling. Dit laatste kan met allerlei zaken te maken hebben. Stress bij het kind door veranderingen in het leven, door te lang opblijven, door middelengebruik, doordat ze teveel stil moeten zitten en er geen passend aanbod is.

Zes etiketten
Onlangs mocht ik kennismaken met Danny. Danny is 11 jaar, hij woont in een instelling op een groep met andere kinderen. Hij is klein van stuk, heeft een brilletje op en een kuifje. In zijn rechteroor een oorbel. Danny is stoer, Danny is druk, alles wat Danny aanraakt gaat kapot, Danny loopt niet, Danny rent, Danny praat niet, Danny gilt. Danny heeft al zes etiketten op zijn naam staan. En Danny is nog maar 11 jaar oud. De kunst is om goed naar hem te luisteren en te kijken.

We waren buiten aan het spelen en Danny speelde nogal luidruchtig 'oorlogje'. Danny kan dan tegelijkertijd, als ridder zijnde, ook nog een ijsje eten. Multitasken noemen ze dat tegenwoordig. En dat is een talent. Zijn groepsgenootje, Emma, had ook een ijsje. En, zoals bij ieder kind wel eens gebeurd, haar ijsje viel. Dikke tranen!

Het duurde even voor Danny door had wat er aan de hand was. Het duurde ook even voor hij zich kon losrukken uit zijn ridderrol. Maar toen gebeurde het. Hij liep naar Emma toe, aaide haar over haar hoofd en gaf haar zijn eigen ijsje. "Voor jou, Emma", om vervolgens gillend en schoppend zijn kasteel weer terug te veroveren.

Talenten ontdekken
Danny is geen slecht kind, en als je Danny echt wilt ontmoeten dan zul je dit soort dingen steeds vaker bij hem ontdekken. Sterker nog, als je met elkaar deze situaties gaat delen dan ga je ook anders denken over Danny. Dan ga je zijn talenten zien en kun je dit stimuleren. De vraag, bij deze kinderen, is dan ook niet wat de juiste diagnose is, maar wat is zijn of haar talent?. Daar ligt de sleutel van het succes.

En, hoe is het nu met mij? Die rijke man is mijn deur voorbij gerend, rekenen is een waar drama gebleven. Balbeheersing heb ik niet en ik wil het ook niet. Talenten zijn er wel, echter niet iedereen kan ze waarderen. (Volkomen onterecht natuurlijk). Toch heb ik, zonder diagnose, de memorabele leeftijd van 40 bereikt. "Zonder diagnose," toch?? Ik hoor namelijk net dat er een nieuwe afwijking is. Dmdd, disruptive mood dysregulation disorder. Het is iets met driftbuien, gemiddeld drie keer in de week?. Misschien moet ik me toch eens laten testen.... Het zou een hoop verklaren. • Margreet Pereboom

Bekijk de uitzending van Zembla terug
of lees meer op de website van Zembla.

Wil je reageren op dit artikel? Log dan in als abonnee!