Kenniscentrum verstandelijk gehandicaptenzorg
Menu

De illusie van de participatiesamenleving

12 oktober 2017 Door de redactie Geen reacties

Nationale Ombudsman Reinier van Zutphen blikt in dagblad Nrc terug op vier jaar participatiesamenleving en noemt zelfredzaamheid, vooral van kwetsbare burgers zoals mensen met een verstandelijke beperking, ‘een illusie’. “De gedachte kan ik goed volgen. Het gaat mis in de manier van uitvoering.”

Koning Willem-Alexander noemde de ‘participatiesamenleving’ in zijn eerste Troonrede, in 2013. In de vier Troonredes erna is het woord niet meer voorgekomen, ook vorige maand niet, schrijft het Nrc. Niet zo verbazingwekkend blijkt ook uit verschillende onderzoeken, want kwetsbare burgers zijn nu eenmaal niet zo zelfredzaam.

In een interview met ombudsman Reinier van Zutphen schetst de krant de ‘illusie van zelfredzaamheid’. De ombudsman legt dit als volgt uit: “Dat zelfredzaamheid een norm zou zijn waar iedereen aan kan voldoen. Denk aan laaggeletterden, mensen die de taal niet machtig zijn, mensen met een licht verstandelijke beperking. Samen een paar miljoen Nederlanders. En dat zijn juist de mensen die de overheid hard nodig hebben.”


Ongelijkwaardigheid aan de keukentafel
Het gaat vooral mis in de uitvoering van de decentralisatie van de zorg naar gemeenten. “Kijk naar de keukentafelgesprekken. Die suggereren gelijkwaardigheid: een open gesprek tussen overheid en burger om te bepalen of die schoonmaak nodig heeft, een scootmobiel, wijkverpleging. In werkelijkheid zijn die openheid en gelijkwaardigheid er de afgelopen jaren vaak niet geweest, weten wij door een veelheid aan klachten van burgers.”

De zelfredzaamheid geldt maar voor een beperkte groep, constateert Van Zutphen, de beleidsmakers hebben zichzelf daarvoor teveel als uitgangspunt genomen. Dit heeft een schadelijk effect op mensen: “Dat je niet volledig zelfredzaam bent terwijl dat wel wordt verondersteld, is eigenlijk beledigend… het ontbreekt mensen aan iets, en dat wordt hun aangerekend.”

Ook systemen dragen hier aan bij. Van Zutphen geeft als voorbeeld een vrouw in een blijf-van-mijn-lijf-huis die voor het aanvragen van de toeslag een handtekening nodig heeft van de echtgenoot van wie ze net is gevlucht. “Denk na vóórdat je de wetten maakt. Zoek burgers op. Praat met ze. Probeer te begrijpen hoe wetten en regels uitpakken,” adviseert Van Zutphen.


Lees het volledige interview op www.nrc.nl.

 

Wil je reageren op dit artikel? Log dan in als abonnee!