Kenniscentrum verstandelijk gehandicaptenzorg
Menu

Betere ondersteuning nodig voor ouders van slachtoffers seksuele uitbuiting

7 juni 2021 Door de redactie Geen reacties

Expertisecentrum Koraal en de instanties Fier en Sterk Huis werken al enige tijd samen om de hulpverlening aan kinderen, jongeren en ouders die te maken hebben met mensenhandel te verbeteren. Eind mei is de campagne ‘Niet mijn kind’ gelanceerd met een gelijknamige website voor ouders. Ook is er onderzoek gepresenteerd naar de impact van seksuele uitbuiting bij kinderen met een licht verstandelijke beperking.

De lancering van de campagne gebeurde gelijktijdig met de presentatie van het onderzoek ‘Ouders aan het woord’. Er is nog maar weinig onderzoek gedaan naar de impact die seksuele uitbuiting van kinderen op hun ouders heeft. Met de studie wilde men ontdekken waar ouders behoefte aan hebben, zodat zij beter ondersteund kunnen worden als hun kind slachtoffer is van mensenhandel.

Voor deze verkenning is gesproken met negen ouders, waarvan de dochter (vermoedelijk) slachtoffer is van seksuele uitbuiting. Dit heeft niet alleen enorme impact op het slachtoffer zelf, maar ook de ouders belanden in een negatieve spiraal. Het zijn situaties waar het hele gezin onder te lijden heeft. Ouders
- weten niet goed wat er gebeurt
- weten niet wat ze moeten doen
- verliezen de grip op hun kind
- hebben zelf moeite om overeind te blijven.

LVB
Kinderen met een licht verstandelijke beperking lopen een groter risico betrokken te raken bij seksuele uitbuiting; de achterstand die zij hebben op sociaal, maatschappelijke en emotioneel gebied maakt deze groep kwetsbaar. Moeder Hanna vertelt op de campagnewebsite nietmijnkind.nl over wat haar dochter Cindy, die een LVB heeft, overkwam.

Omdat de kinderen die het slachtoffer zijn van seksuele uitbuiting vaak bedreigd worden (‘Als je dit vertelt, zorgen we dat er iets ergs met je ouders/broertje/zus gebeurt’), laten ze vaak weinig los over waar ze zich mee bezighouden. Maar de ouders pikken wel signalen op, gedragsveranderingen bijvoorbeeld, zoals teruggetrokken gedrag of juist probleemgedrag. Ook kunnen er rond sociale contacten signalen worden opgepikt. Dat een kind ineens beschermend is tegenover nieuwe vrienden en er geheimzinnig over doet, of omgaat men personen die een stuk ouder zijn. Ouders krijgen daarnaast vaak telefoon vanuit school dat hun zoon of dochter veel spijbelt of slecht presteert.

Zoeken naar bewijs
Alle signalen bij elkaar geven de ouders een onderbuikgevoel. Sommige ouders gaan dan zoeken naar ‘bewijs’, kijken berichten na in de telefoon van hun kind of op diens laptop. Maar vinden ze dat bewijs, dan weten ze niet waar ze moeten aankloppen voor hulp. Daar willen Fier, Koraal en Sterk Huis verandering in brengen.

Uit het rapport:
‘Doordat het gedrag van mijn dochter in één keer helemaal omdraaide, wisten wij dat er wat aan de hand was. En dan moet je gaan zoeken, want ze gaat het je zelf niet vertellen. Later - in de tweede klas - kwamen we erachter dat ze verdween naar [plaats]. Toen probeerden we erachter te komen hoe, wanneer en waarom. We vonden tussen haar spullen een kaartje van een hotel. Toen wist ik genoeg.’ (ouder 8)

Onderbuikgevoel
‘Het waren eigenlijk allemaal puzzelstukjes. 100% zeker kon ik het niet zeggen, maar er waren wel zoveel aanwijzingen. Je tast in het duister wat er dan echt gaande is. Het is meer een onderbuikgevoel, waar je je vinger niet op kan leggen. Je ziet dat zij de confrontatie op zoekt, dat ze er een potje van maakt. Het klopte van geen kanten. Ik merkte ook dat het steeds moeilijker werd om contact met haar te maken omdat ze een muurtje opbouwde. […] Omdat ik het niet vertrouwde heb ik ook gesprekken met haar vriendinnen gehad. Dan krijg je een puzzelstukje. […] Je gaat gewoon verder zoeken. […] Beetje bij beetje kom je te weten hoe het in elkaar zit.’ (ouder 3)

Verbeterpunten
In het onderzoeksrapport staan vier verbeterpunten genoemd, die moeten helpen om ouders beter te kunnen ondersteunen als zij geconfronteerd worden met de situatie dat hun kind slachtoffer is van seksuele uitbuiting.

  1. De ministers van VWS en Justitie en Veiligheid worden opgeroepen om te inventariseren welke kennis aanwezig is en waar vervolgonderzoek nodig is als het gaat om de ervaringen, rol en positie van ouders in de aanpak van mensenhandel. Deze kennis moet men breek delen binnen de reguliere hulpverlening, de opsporingsinstanties en de eerstelijnszorg en hulpverlening.
  2. Breng op basis van bestaande praktijkkennis en in samenwerking met experts in kaart welke mogelijkheden er zijn voor professionals uit het zorg- en veiligheidsdomein om ouders te informeren en/of samen te werken met ouders om inzichtelijk te maken of er sprake is van seksuele uitbuiting.
  3. Ontwikkel op basis van bestaande praktijkkennis en in samenwerking met experts een concreet handelingskader gericht op het ‘empoweren’ van ouders van wie de kinderen (vermoedelijk) seksueel worden uitgebuit
  4. Zet in op veiligheidsplannen opgesteld door de politie en hulpverlening in samenwerking met ouders met het doel dat ouders en hun gezin zich veilig weten en voelen als het gaat om intimidatie en bedreiging van mensenhandelaren.


Op de campagnewebsite nietmijnkind.nl is heel veel laagdrempelige, duidelijke informatie te vinden over de signalen die je zou kunnen opmerken bij een kind dat bijvoorbeeld in handen van een loverboy is gevallen. Ook staan er verhalen van ouders op die dit hebben meegemaakt. Daarnaast biedt de site veel tips om het gesprek met het kind aan te gaan en waar je terecht kunt voor hulp.  |

Wil je reageren op dit artikel? Log dan in als abonnee!