Kenniscentrum verstandelijk gehandicaptenzorg
Menu

Alertheid komt in golven

22 januari 2013 Door de redactie Geen reacties

Wie alert is, staat open voor zijn omgeving en kan er daarom van leren. Alertheid is een voorwaarde voor ontwikkeling en komt bij mensen met ernstige beperkingen in golven. Vera Munde, van de afdeling orthopedagogiek van de Rijksuniversiteit Groningen, schrijft in komende Klik over haar prijswinnend onderzoek.

Tegenwoordig wordt bij mensen met zeer ernstige verstandelijke en meervoudige beperkingen, alertheid meestal door middel van observaties in kaart gebracht. Daarbij worden verschillende vormen onderscheiden:

  • Alert, actief op de omgeving gericht.
  • In zichzelf gekeerd, mogelijk actief, maar niet op de omgeving gericht.
  • Ogen dicht, slapend, zonder enig contact met de omgeving.


Daarnaast worden zelfstimulerend gedrag of 'over gestimuleerd zijn' als aparte vorm van alertheid benoemd, omdat ze vaak voorkomen.

Uit wetenschappelijk onderzoek en uit de praktijk is duidelijk geworden dat een aantal factoren invloed hebben op de alertheid van mensen met ernstige beperkingen, namelijk interne en externe factoren. Denk bij interne factoren aan ziekte, een zware toeval of nieuwe medicatie. Zulke omstandigheden kunnen een mens erg moe maken, en ervoor zorgen dat iemand zijn aandacht niet zo lang bij een activiteit kan houden.

Stimulerend materiaal
Vooral externe factoren kunnen van invloed zijn op de alertheid. Zelfs als jouw cliënt moe is, kun je hem er met uitdagende spelletjes toch nog bijtrekken. Wat precies iemands alertheid opwekt, hangt af van het soort activiteit. Een kleurig of glimmend stuk materiaal (visueel stimulerend), kan een cliënt meer of juist minder alert maken, dan een voorwerp dat lekker voelt (tactiel stimulerend). Ook de plaats waar jullie zitten heeft ook invloed op de alertheid.

De manier waarop je een cliënt benadert, is van invloed op zijn alertheid. De ene keer doe je dat in een 1-op-1 interactie, de andere keer in een groepje. Met zijn tweetjes kan je goed inspelen op de behoefte van de ander, maar in een groepje hebben cliënten ook gelegenheid om iets met elkaar te doen. Ook hoe je met je cliënt communicieert als je hem iets aanbiedt, heeft invloed op zijn alertheid. Laat je hem zelf kiezen, of bied je iets aan dat je van te voren hebt bedacht? Reageer je op zijn signalen of volg je een van te voren afgesproken scenario?

Ken je cliënt
Wat verder een grote rol speelt is jouw eigen kennis over de alertheid van jouw cliënt. Als je weet hoe die in elkaar zit, kun je er veel beter op inspelen. Dan weet je ook dat geen twee mensen gelijk zijn, en dat iedere cliënt zijn eigen mogelijkheden en voorkeuren heeft.

Begeleiders (en ouders) staan voor de moeilijke taak om evenwicht te zoeken tussen stimulering en pauzes. Alleen als activiteit en rust zorgvuldig zijn afgestemd op de persoon met de ernstige beperkingen, kan hij zich op zijn omgeving richten en maximaal van de stimulering profiteren.

In Klik 1 van 2013 lees je het hele artikel van Vera Munde met meer voorbeelden en tips. Het proefschrift Attention please! Alertness in individuals with profound intellectual and multiple disabilities won de Han Nakkenprijs 2012 en de Ised-dissertatieprijs 2012. Het onderzoek naar alertheid is vertaald in een praktische brochure voor begeleiders en op te vragen bij Vera Munde.

Wil je reageren op dit artikel? Log dan in als abonnee!