Kenniscentrum verstandelijk gehandicaptenzorg
Menu

Kofi blog: Omgaan met intimiteit

17 juni 2015 Karin Bokhove Geen reacties

Moeder en Kofi liggen dicht tegen elkaar aan. Vanonder het dekbed kijken zijn vriendelijke bruine ogen in de hare. Hij geniet, veilig in z'n holletje. Ze trekt z'n kortgeschoren hoofd naar zich toe, snuffelt er even aan en drukt er een kus op. Hij ruikt exact hetzelfde als z'n vader. In gedachten beziet ze hen tweeën van een afstandje: Gek eigenlijk om zo samen te liggen.

Met een baby of peuter die nog half in je woont is dat volstrekt normaal, maar naarmate de jaren verstrijken groeit de afstand. Een puber mept je van zich af. Schaamt zich voor je. Logisch, de breuk moet geforceerd voordat hij volwassen intimiteit kan aangaan. Maar naast haar ligt een volgroeide vent, groot van lijf en leden. Met zijn brede schouders, smalle heupen, kleine ronde billen en gespierde benen met twee zuignappen van voeten eronder. En nou ja, ook dat beginnende buikje.

Hitsig
Ze weet nog dat hij als kind geurloos was, tot hij van de ene op de andere dag een mossige mannenlucht ging verspreiden. Het was wel even zoeken geweest in die tienerjaren. Altijd had hij in zijn holletje onder haar trui geleefd, met z'n tanden in het rolletje van haar buik happend, maar ineens begon hij naar haar borsten te grijpen, en te pas en te onpas tegen haar aan te rijden, als een hitsige hond.

Ze had zich van tevoren weleens afgevraagd waar haar grens zou liggen, maar zoiets kun je niet bedenken, alleen voelen; die kriebelige irritatie, de neiging om een fikse klap te verkopen: Wegwezen! Ik ben geen ding! Zo werkte dat dus.

Tongzoenen was ook al zoiets. Ze vond het eerst wel grappig dat Kofi kusjes ging geven, dat-ie eindelijk doorhad wat de mensen zoal deden. Maar hij wilde al snel op verdere verkenning. Dan wendde ze haar hoofd af, wat hem boos maakte zodat hij onverhoeds aanviel; hand in haar nek om wegtrekken te voorkomen, en dan rats z'n tong naar binnen duwen. Toen had ze het hele hoofdgebied maar tot verboden terrein bestempeld.

Territoriale richtlijnen
Sindsdien golden er strikte territoriale richtlijnen: Hoofd, borst, bil en buik werden 'no go area'. Zoals gewoonlijk raakte hij er na verloop van tijd aan gewend, schikte zich in z'n lot en vergat z'n eerdere impulsen. Nu concentreren z'n vleselijke driften zich exclusief op zijn hoofdkussen, zoals een begeleider het hem heeft geleerd.

Op deze kleine herschikking na, is hun intimiteit altijd gebleven. Terwijl hij veranderde van kind in man. Althans van buiten. Van binnen niet. Van binnen blijft hij eeuwig peuter, als een kind in een te grote jas.

Ze kunnen zo dichtbij elkaar zijn, zonder dat er iets van schaamte, gēne of opgestapelde verwijten tussenkomt. Het is nooit ongemakkelijk, want hoe kun je zoiets nou voelen ten opzichte van jezelf?

Barrière
Misschien komt het door het ontbreken van woorden, daarmee maak je zogenaamd contact, maar in werkelijkheid vormen ze een barrière. Je gooit ze ertussen om het ongemakkelijke van de plotselinge nabijheid van een ander te maskeren. Hoe vaak heb je niet dat je iemand weerziet en weet dat dit zo'n moment is dat je geacht wordt elkaar te omarmen en betekenisvol in de ogen te kijken. Wat ineens geforceerd aanvoelt, of misschien is het te overweldigend? Dan begin je maar gauw te praten van 'bla bla bla'. Hebben we dat ook maar weer gehad. Of zou ze dat zo voelen omdat er diep vanbinnen een autist in haar schuilt? Ze denkt van niet, ze kan toch goed gezichten lezen?

Maar met Kofi zijn er geen woorden. Er is alleen dat heel directe; aankijken, snuffelen en voelen. Hoe anders dan bij zusje die allang haar eigen leven leidt, de navelstreng definitief doorgeknipt. Zo niet met Kofi. Wat zij hebben gaat nooit voorbij.

Alhoewel, ... laatst zat moeder naast hem en keek hem ononderbroken aan, inspecteerde elk deel van zijn gezicht; de dicht opeengepakte haren van z'n wenkbrauwen, de dunne vouwen in z'n gesloten oogleden, de pukkels op z'n voorhoofd, de lichte kromming in z'n neus, donkere baardstoppels die door z'n wang braken, de ferme kin met kuiltje, en weer terug naar z'n gesloten oogleden die lichtjes trilden. Terwijl ze hem bestudeerde opende hij z'n ogen, keek haar aan, sloot ze weer, opende ze nogmaals en keek fronsend terug.

En ze dacht, verdomme hij denkt, "Wat zit je me nou aan te kijken mens! Heb ik soms wat van je aan?" Alles gaat voorbij, ook met Kofi, het duurt alleen wat langer.

Ze ligt stil, ingeklemd tussen Kofi en de bedrand. Het dekbed beweegt rustig op en neer. Hij is in slaap gevallen.  |

Door Karin Bokhove, moeder van Kofi. Zij schrijft onder meer het weblog 'Het kleine leven van Kofi', waar deze aflevering verscheen.

Wil je reageren op dit artikel? Log dan in als abonnee!