Kenniscentrum verstandelijk gehandicaptenzorg
Menu

Daling Iq bij kinderen voorbode psychose

25 oktober 2012 Door de redactie Geen reacties

Hoe ouder je wordt, hoe meer je moet kunnen. Dat is het uitgangspunt van intelligentietests voor kinderen. Bij sommige kinderen met het 22q11-deletiesyndroom (22q11ds) gaat het Iq echter achteruit. "Dat kan een voorbode zijn van psychosen," suggereert psycholoog Sasja Duijff van het Universitair medisch centrum in Utrecht op basis van haar promotieonderzoek.

Kinderen met het '22q11-deletiesyndroom' hebben spraakproblemen en kampen met een ontwikkelingsachterstand. Ook lopen ze een verhoogd risico op psychiatrische aandoeningen. Een op de drie ontwikkelt schizofrenie, een ziekte die gepaard gaat met psychoses. Als het mogelijk zou zijn om op jonge leeftijd, voor de psychose zich openbaart, te voorspellen welke kinderen dat risico lopen, zou dat een enorme verbetering betekenen voor de zorg. Omdat het verlies van verstandelijke vaardigheden een voorloper kan zijn van schizofrenie, bestudeerde promovenda Sasja Duijff het Iq bij kinderen met dit syndroom.

Zij onderzocht hoe het Iq van deze kinderen zich ontwikkelde tussen 1,5 tot 15 jaar. Bij een derde wordt het Iq lager naarmate ze ouder worden.

Vroege opsporing
"Dit is op zich zelf al zorgelijk genoeg," reageert Duijff. "maar het kan ook zijn dat deze achteruitgang een eerste teken is van psychose. We willen de kinderen de komende jaren blijven volgen om dat zeker te weten." Indien bevestigd zou dit een grote stap vooruit zijn voor deze kwetsbare groep. Het heeft voordelen om kinderen die misschien schizofrenie krijgen vroeg op te sporen, verwacht Duijff. "We kunnen deze kinderen dan beter begeleiden. We weten bijvoorbeeld dat stress psychoses kan veroorzaken. Dat kunnen we samen met ouders verminderen door bijvoorbeeld de eisen op school aan te passen aan hun niveau."

Subtiel
Het 22q11-deletiesyndroom komt veel voor, maar artsen zien het vaak over het hoofd. Zo'n zestig procent van de kinderen met het syndroom heeft een ernstige hartafwijking. Bij hen wordt de diagnose praktisch altijd gesteld, maar bij een ander deel zijn de kenmerken zo subtiel dat het syndroom vaak gemist wordt. Het aantal 22q11-patiënten is daarom niet exact bekend. De schatting varieert van 1 op 2.000 tot 1 op 6.000 kinderen. Het Universitair medisch centrum Utrecht heeft een 22q11-polikliniek voor de begeleiding van kinderen met dit syndroom.

Lees meer op de site van het Universitair medisch centrum in Utrecht.

Wil je reageren op dit artikel? Log dan in als abonnee!